Het is rustig in de winkel. Veel mensen zijn op vakantie. Melk, eieren, uien, even denken. Wat heb ik nog meer nodig? Ik sta bij de augurken. Ik fantaseer even over de aardappelsalade die ik een keer kreeg in een bar in North Dakota. Daar zijn de augurken anders. Lang niet zo zoet als hier. In Amerika zijn de augurken zouter. En ook zuur natuurlijk. In Frankrijk zijn die kleine augurkjes ook zo lekker zuur. Fijn door de steak tartare. Dat kan ik ook wel weer eens doen. Diamanthaasje fijnhakken. Sjalotje, kappertjes, Dijonmosterd, paar drupjes Tabasco, paar drupjes Worcestershire. Ik doe er ook altijd een beetje fijngehakte peterselie door. Mengen, eierdooier erop. Te gek. Ja, dat ga ik binnenkort weer even doen. Probeer ik ‘m net zo te maken als in dat restaurantje in Orléans. Daar was het zo mooi…
Opeens schrik ik wakker uit mijn dagdroom. Een vrouw die een eindje verderop bij de appelmoes staat, roept: ,,JAAAAAP!” Ik kijk haar verschrikt aan. Dan roept ze: ,,HEBBEN WE NOG APPELMOES?” Ik kijk achter mij. Aan het eind van de gang, bij de mayonaise staat een bebaarde man met een winkelwagentje. Hij roept hard terug dat er nog wel appelmoes is. Aan hun accent kan ik horen dat ze hier niet vandaan komen. Aan de luide manier van praten in de winkel ook. Het valt wel op eigenlijk. Als je bij ons in de buurt mensen heel hard hoort overleggen over wat er in het boodschappenkarretje moet, hebben ze meestal een westers accent. Een cultuurverschil misschien? De volgende keer als ik in het westen ben, zal ik er eens naar een supermarkt gaan. Kijken of ze dat daar allemaal doen.
Waarschijnlijk zijn deze mensen mooi op vakantie in Drenthe. Dat hebben ze goed bekeken. Even weg uit de drukte van de Randstad. Zullen ze een huisje gehuurd hebben? Of staan ze op de camping? Wat zullen ze nog meer doen hier? Dierentuin waarschijnlijk. Fietsen natuurlijk! Wat zullen ze het naar de zin hebben. Drenthe is bijna op z’n mooist momenteel. Word je lekker kalm van.
Bij de kassa sta ik achter Jaap en zijn vrouw. Als ze afgerekend hebben, roept de vrouw heel hard tegen de caissière: ,,WERK ZE!” Het arme meisje schrikt ervan. Ze kijkt me even aan en trekt haar wenkbrauwen een beetje op. Bij het afrekenen van mijn boodschappen vraagt ze zacht of ik meedoe met de spaarkaart. ,,Neuh”, mompel ik.
Dagblad van het Noorden, 2 augustus 2025